Beste redactie,

In de BORO-krant van oktober 2015 stond mijn ingezonden brief. Ik was gearresteerd, omdat ik probeerde een fietswrak op de Nunspeetlaan te verwijderen. De eigenaresse deed aangifte tegen mij. In mijn ingezonden brief gebruikte ik – in mijn frustratie – een krachtterm, die lezers geschokt heeft. Ik wil daar mijn excuses voor aanbieden.
Na vijf uur op het politiebureau vastgezeten te hebben, werd ik ‘in vrijheid gesteld’. De officier van justitie legde mij een boete op van 225 euro. Ik ben daartegen in verzet gekomen; ik kon en wilde geen geldboete betalen.

Afgelopen woensdag had ik een ontmoeting met de officier van justitie. Ik had haar voorgesteld om mij een taakstraf te geven (bijvoorbeeld om fietswrakken te stickeren, grapje) of de boete voorwaardelijk te maken, zodat ik wel twee keer zou nadenken, alvorens nog eens een fietswrak aan te vallen. In het gesprek met de officier vertelde zij dat de vrouw verklaard had dat zij elke dag met deze fiets naar haar werk ging. Opnieuw was ik verbijsterd. Ik kon de officier vertellen, dat het wrak nog een maand bij de boom had gestaan, met het voorwiel los tegen het wrak. Daarna was de fiets weg en het mooie stukje stoep in glorie hersteld.

Naam en adres bekend bij de redactie